Alles over de nieuwe pensioenwet voor werkgevers

Waar moet je aan denken als werkgever bij de nieuwe pensioenwet? Er staat veel te veranderen de aankomende jaren met pensioen. Wat ons betreft een interessante ontwikkeling, maar voor de werkgever een hoofdpijn dossier. Aandacht is nu verreist want het is niet zo dat je alles maar kunt opschuiven tot 2027, als je nu geen keuzes maakt kan dat later voor problemen zorgen. Denk bijvoorbeeld aan nieuwe werknemers aannemen die in de oude regeling vallen. Dit kan een hoop extra kosten met zich meebrengen om ze te laten voldoen aan de nieuwe pensioenwet voor werkgevers. Hieronder gaan we in op een aantal aspecten zoals:

  • De inleiding van de nieuwe pensioenwet
  • Wat betekent dit voor werknemers?
  • Wat betekent dit voor de werkgever?
  • De nieuwe definitie van nabestaandepensioen.
  • DGA pensioen en de nieuwe pensioenwet
  • De Belastingdienst

Nieuwe pensioenwet voor werkgevers tot nu toe

Tot 2024 hebben we een groot deel van de voorbereidingen en eerste stappen in de transitie gezien. De weg naar de overgang van het nieuw pensioenwet voor werkgevers is lang en vol uitdagingen, maar ook vol hoop en ambitie. De nieuwe Wet toekomst pensioenen belooft een systeem dat beter aansluit bij de huidige economische realiteit en de veranderende arbeidsmarkt. Door te focussen op persoonlijke pensioenpotjes, transparantie en flexibiliteit, hoopt Nederland een pensioensysteem te creëren dat toekomstbestendig is en recht doet aan de behoeften van alle generaties.

Terwijl we midden in 2024 staan, kijken pensioenfondsen en deelnemers naar de toekomst met een mengeling van spanning en optimisme. Er is nog veel werk te doen, maar de fundering voor een vernieuwd en versterkt pensioen stelsel is gelegd. De reis gaat verder, met 2025 en de daaropvolgende jaren die zullen bepalen hoe succesvol deze historische transformatie zal zijn.

Waarom moest er een nieuw pensioenwet komen voor werkgever?

Transitieplan op laten maken door WTP pensioenadviseur.
  • Dat heeft te maken met twee langlopende ontwikkelingen. De eerste heeft te maken met de financiële inrichting van het huidige pensioenstelsel. Pensioenen zijn heel lang gericht geweest op een vaste uitkering vanaf de pensioendatum. Door de strenge vermogenseisen en de lage rente moeten pensioenfondsen daarvoor grote financiële buffers aanhouden. Pensioenen kunnen daardoor niet altijd meestijgen met de prijzen en moeten in sommige gevallen zelfs worden verlaagd. Deze nieuwe pensioenwet voor werkgevers FAQ is de basis van de start van de pensioenadviseur.
  • Het tweede punt is dat het pensioenstelsel niet meer goed aansloot bij de veranderingen in de arbeidsmarkt en de maatschappij. Vroeger werkten mensen vaak lang voor één werkgever. Dat is nu niet meer zo: mensen wisselen vaker van baan dan vroeger. Of ze werken een tijdje zelfstandig en daarna weer voor een werkgever. Daarnaast leven mensen steeds langer, waardoor pensioen steeds duurder wordt.
  • Omdat het bestaande pensioenstelsel niet ingericht was op deze ontwikkelingen, hebben vakbonden, werkgeversorganisaties en de overheid nieuwe afspraken gemaakt over toekomstbestendige pensioenen en AOW. Die afspraken moeten zorgen voor een transparanter en persoonlijker pensioenstelsel, met meer ruimte voor individuele keuzes.

Gaat er nog veel veranderen in de aankomende tijd?

Kortgezegd is het antwoord hierop ‘Ja.’ Maar dat de nieuwe pensioenwet voor werkgevers er daadwerkelijk gaat komen lijkt op dit moment vrij zeker. Met de nieuwe regering en de vele onzekerheden bij de transitie van pensioenfondsen zal er de komende tijd veel veranderingen en uitstellen plaatsvinden. Het is moeilijk te zeggen waar deze veranderingen zullen liggen. Er zijn nog genoeg problemen die zullen opborrelen bij de implementatie en transitie van het nieuwe pensioenstelsel. De nieuwe pensioenwet voor werkgevers is nog niet bekend bij het grote publiek, daar wil de overheid binnenkort verandering in brengen. Er komt een voorlichtingscampagne voor alle Nederlanders om dit meer onder de aandacht te brengen.

Belastingdienst over Keuzebegeleiding pensioen

  • Gesprek persoonlijke belangen van de werknemers. Bij een periodiek financieel planningsgesprek worden normaliter uitsluitend de persoonlijke belangen van de werknemers behartigd. Als dat het geval is en de kosten van het financieel planningsgesprek worden betaald door de werkgever, vormt dat planningsgesprek een voordeel in natura voor de werknemer dat fiscaal als loon uit dienstbetrekking kwalificeert.
  • Gesprek in het belang van de werkgever. Dit kan anders zijn als de kosten voor een periodiek financieel planningsgesprek met name worden gemaakt in het belang van de werkgever, want dat zijn in beginsel bedrijfskosten.

Per situatie dient dus te worden bekeken of de verleende advieswerkzaamheden en diensten een voordeel zijn voor de werknemer die door de werkgever bewust wordt verstrekt, waarbij voldoende causaal verband is tussen het voordeel en de dienstbetrekking. Wordt daaraan voldaan is immers sprake van belast loon. Bij Keuzebegeleiding pensioen is dat dus niet het geval. Ook bij het opstellen van een communicatieplan zal de werkgever hier dus rekening mee moeten houden als er ook voor lange termijn ene dienstverlening wordt afgesproken.

De Kennisgroep loonheffingen van de Belastingdienst heeft over Keuzebegeleiding pensioen en persoonlijke adviesgesprekken met werknemers een standpunt gepubliceerd. Dit standpunt is te raadplegen op www.kennisgroepen.belastingdienst.nl onder ‘KG:204:2023:18 Persoonlijk pensioenadvies’.

DGA pensioen bij de nieuwe pensioenwet voor werkgevers

De nieuwe Pensioenwet hebben nog geen concrete antwoorden over de positie van de directeur-grootaandeelhouder (DGA). Hoewel de DGA wordt gelijkstelt aan zelfstandigen voor pensioenexperimenten. Het is tot dusver nog onduidelijk of de DGA hier gebruik van zal maken.

De meest voor de hand liggende weg voor de DGA om een pensioen op te bouwen is via de derde pijler. De Wet Toekomst Pensioenen (WTP) voor werkgevers biedt uitbreiding van zowel jaarruimte als reserveringsruimte. Hierdoor was erin 2023 maximaal €72.000 aan mogelijke lijfrenteaftrek.

Daarnaast is er de Fiscale Verzamelwet 2025, voorgesteld door het ministerie van Financiën. Hierin staan enkele opmerkelijke voorstellen die de pensioenregeling van de dga kunnen beïnvloeden. Een van deze voorstellen is dat een legataris (een persoon die via een legaat iets erft) ook als begunstigde bij de oudedagsverplichting (ODV) kan worden aangemerkt. Dit voorkomt fiscale problemen als de ODV wordt nagelaten aan een partner die geen erfgenaam is.

Een andere maatregel heeft betrekking op belastingontwijking bij niet-reguliere afwikkeling van pensioenen. Als een handeling in strijd met fiscale voorwaarden wordt verricht, kan de navorderingstermijn worden herleefd, waardoor belastingheffing alsnog kan plaatsvinden.