De overheid repareert het AOW inkomensgat

Het verschuiven van de AOW-leeftijd zorgt voor een forse inkomensterugval. Dat wordt nu opgelost voor mensen met een laag inkomen tot € 2.204,10 per maand (150% minimumloon). Dit geldt vooral voor :

1. (Voormalige) zelfstandigen met een lopende arbeidsongeschiktheidsverzekeringsuitkering;
2. Mensen met een lopende private Anw-hiaatverzekeringsuitkering of –pensioen;
3. Mensen met een lopende private WIA/WGA-verzekeringsuitkering;
4. Mensen met een lopende lijfrente-uitkering;
5. Mensen met een lopende periodieke levensloopuitkering.

Het inkomensgat ontstaat doordat er bij bestaande regelingen of uitkeringen nooit rekening is gehouden met het verschuiven van de AOW-leeftijd. Zeker nu deze verschuiving zo snel plaatsvindt, is er niemand die deze gaten opvult. Verzekeraars of pensioenfondsen zullen dat verschil niet zomaar gaan opvangen. De overheid moet dus met een eigen regeling komen om de grote problemen op te lossen.

Het blijft vreemd dat de overheid keer op keer rondom de AOW “verbaasd” staat dat de AOW-kosten uit de hand lopen. Zeker als het relatief eenvoudig te zien is wanneer de problemen zich zullen voordoen gezien de bevolkingsopbouw. Voor de liefhebber; het volgende crisismoment is 2023-2024. Dan voegen zich weer hele volksstammen extra bij de al sterk groeiende groep langzalzelevende AOW-ers.

Hieronder een uitgebreide uitleg en details door de staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van de overheidsmaatregelen rondom het AOW-inkomensgat.

Op 24 januari 2013 heeft de staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid een brief naar de Eerste Kamer gestuurd waarin de contouren van de overbruggingsregeling bij de invoering van de verhoging van de AOW leeftijd worden geschetst. De regeling voorziet in een overbruggingsuitkering voor mensen met een laag inkomen voor wie het AOW-pensioen de belangrijkste bron van inkomen is. De regeling geldt tot en met 2018.

Wie komt in aanmerking?
In het Regeerakkoord is aangegeven dat mensen met een op 1 januari 2013 lopende VUT- , prepensioen- of overbrugginspensioenuitkering, in aanmerking komen voor de overbruggingsuitkering. Zij hebben een inkomensgat dat wordt veroorzaakt doordat de VUT- of prepensioenuitkering eerder eindigt dan dat het recht op een AOW-uitkering begint. De overbruggingsuitkering geldt ook voor de volgende groepen:
1. (Voormalige) zelfstandigen met een lopende arbeidsongeschiktheidsverzekeringsuitkering;
2. Mensen met een lopende private Anw-hiaatverzekeringsuitkering of –pensioen;
3. Mensen met een lopende private WIA/WGA-verzekeringsuitkering;
4. Mensen met een lopende lijfrente-uitkering;
5. Mensen met een lopende periodieke levensloopuitkering.

Inkomens- en vermogenstoets
Wanneer iemand op grond van bovenstaande in aanmerking komt voor de overbruggingsuitkering geldt nog een aanvullende voorwaarde in de vorm van een inkomens- en vermogenstoets. De inkomenstoets is eenmalig en geldt voor de gerechtigde en de partner. Het gezamenlijke inkomen mag niet meer bedragen dan 150% van het wettelijk bruto minimumloon. Naast de inkomenstoets wordt een eenmalige vermogenstoets in het leven geroepen. Bij de vermogenstoets blijft de eigen woning en het pensioenvermogen buiten beschouwing. Als het vermogen boven het heffingsvrij vermogen van box 3 komt, bestaat er geen recht meer op de overbruggingsuitkering (grensbedrag 2013 voor een eenpersoonshuishouden € 21.139 en voor een tweepersoonshuishouden € 42.278).

Hoogte overbruggingsuitkering
De overbruggingsuitkering ligt op het niveau van het sociaal minimum, waarbij de hoogte mede afhankelijk is van de samenstelling van het huishouden. Alleenstaanden ontvangen 70% van de uitkeringsnorm, alleenstaanden met een inwonend minderjarig kind ontvangen 90% van de uitkeringsnorm en gehuwden ontvangen 50% van de uitkeringsnorm per persoon.

Net als bij de AOW is de hoogte afgeleid van het aantal verzekerde jaren in de opbouwperiode. Ook bestaat voor mensen die nog recht hebben op een AOW partnertoeslag een partnertoeslag bij de overbruggingsuitkering.
Naast de eenmalige inkomenstoets bij aanvang, geldt een doorlopende inkomenstoets. Inkomsten worden in mindering gebracht op de overbruggingsuitkering. Voor inkomen uit arbeid is er een gedeeltelijke vrijlating met als doel te stimuleren dat mensen aan het werk blijven of aan het werk gaan.

Invoering
Omdat er nu al mensen zijn die met een inkomensverlies als gevolg van de verhoging van de AOW leeftijd te maken hebben, is een snelle invoering gewenst. De regering streeft er naar om de tijdelijke overbruggingsregeling in de tweede helft van 2013 in werking te laten treden met terugwerkende kracht tot 1 januari 2013.

(Bron FJA)

Stel online uw vraag en krijg binnen 24 uur reactie. Ook in het weekend!