Conserveren in het buitenland

In het buitenland onder een palmboom genieten van Nederlands pensioen kan aantrekkelijk zijn. Zeker als er belastingafspraken zijn tussen de Nederlandse belastingdienst en het buitenland. Toch vond de belastingdienst het nodig om op de volledige aanspraak een (beschermende) conserverende aanslag op te leggen. Inmiddels zijn ze bij de Belastingdienst echter door de Hoge Raad teruggefloten.

Met het opleggen van een conserverende aanslag wil de Nederlandse fiscus zijn belastingclaim zeker te stellen ingeval de pensioen- of lijfrenteaanspraak na emigratie wordt afgekocht. Pensioenfondsen en -verzekeraars zullen een verzoek tot afkoop gelet op het afkoopverbod (Pensioenwet) afwijzen.

Anders ligt het bij in eigen beheer gehouden pensioenaanspraken van een directeur-grootaandeelhouder en bij lijfrenteverzekeringen. Het zijn met name deze aanspraken waarop de Nederlandse fiscus haar grip dreigt te verliezen. Wegens het risico van een gat in de belastingopbrengsten heeft de staatssecretaris van Financiën direct actie ondernomen en een voorstel voor reparatiewetgeving aan de Tweede Kamer gezonden. Daar waar volgens de huidige regelgeving de gehele waarde van de pensioen- of lijfrenteaanspraak op het moment van emigratie bij fictie als inkomen wordt aangemerkt, wordt volgens het wetsvoorstel volstaan met het bedrag waarvoor belastingvoordeel is genoten. Voor pensioenen en lijfrenten bestaat het te belasten bedrag uit de som van de pensioen- of lijfrentepremies. Hierover is ook revisierente verschuldigd.

Het wetsvoorstel is op 7 juli jl. door de Eerste Kamer aangenomen en voorziet in terugwerkende kracht tot het moment waarop het bij de Tweede Kamer is ingediend: 29 juni 2009, 12.00 uur.