De breuken in de pensioenbreuken.

PensioenbreukVolgens onderzoek van de VU in opdracht van Aegon halen de meeste mensen niet de norm dat het pensioen 70% moet bedragen van het laatstverdiende salaris, ook niet als zij veertig jaar bij hetzelfde bedrijf werken. Bovendien blijken carrièremakers de grootste pensioenproblemen te hebben. Door de overstap van eindloon- naar middellloonregelingen pakken pensioenregelingen gunstiger uit voor werknemers die weinig of geen carrière maken. (Bron AM)

Pensioenbreuk is hierbij het gevleugelde woord. Toch dekt dit woord niet de gehele lading. pensioenbreuk is weer op te delen in andere breuken (tekorten) die ontstaan.

  • De instapsbreuk. niet iedereen start vroeg genoeg met de opbouw van pensioen.
  • De overstapsbreuk. Bij het overstappen van de ene naar de andere werkgever zal het salarisverschil niet in extra pensioen worden vertaald. De oude werkgever zal dat immers niet betalen en de nieuwe zal geen pensioen toezeggen over de salarisverhoging.
  • De witte vlek. Er zijn nog steeds werkgevers zonder pensioen, en dus is er geen pensioenopbouw.
  • De indexering. Lopende ingegane pensioenen worden zelden goed aangepast aan de geldontwaarding.
  • Premievrije pensioenen. Ook hiervoor geldt dat er zelden een fatsoenlijke indexering is.
  • Beleggingsresultaten. Bij pensioenopbouw op kapitaalbasis blijken de rendementen niet zelden tegen te vallen door beursontwikkelingen of de invloed van kosten op het pensioenkapitaal.
  • etc.

Dat is privé veelal wel te corrigeren maar daarvoor is wel goed inzicht nodig in de huidige stand van zaken en de toekomstige ontwikkelingen. Laten wij nu toevallig daar ons beroep van hebben gemaakt. Zie hier onze presentatie hoe we dat aanpakken.

Want, zoals de Vu-onderzoekers toevoegen aan hun rapport: “De wet biedt de fiscale mogelijkheden om het ambitieniveau van 70% te halen, maar deze worden door werkgevers en werknemers niet optimaal benut”.