Pensioenakkoord door Jip en Janneke

U moet langer werken tot 67 jaar. Pensioengeld sparen doen we nu in 35 jaar. Maar we gaan dat doen in 42 jaar. Dat zou meer pensioen per jaar opleveren en dat willen ze in deze crisistijd niet. En dus mag er niet zoveel pensioengeld per jaar worden gespaard. Zo blijft het totale toekomstige pensioen gelijk. Dat is fijn voor de regering want daardoor krijgen ze meer belasting binnen. Totaal ongeveer 3 miljard meer. (Zie bij Lees Meer de uitleg over het verlagen van de opbouwpercentages)

Verder mogen de goedverdieners met meer dan € 100.000,- inkomen, daarboven geen pensioengeld meer sparen. Maar ze mogen nu wel gewoon op de bank extra aantrekkelijk sparen.

ZZP-ers gaan er wel een beetje op vooruit. Die mogen met een lijfrentespaargeld veel creatiever gebruiken als ze ziek worden. Ook blijft de bijstand van hun lijfrentespaargeld af.

Het ziet er best logisch en eerlijk uit. Het is bijna zeker dat dit ingaat in 2015. Hier alle details van het pensioenakkoord

Uitleg opbouwpercentages Voor de wet VPL (Wet aanpassing fiscale behandeling Vut/prepensioen en introductie levensloopregeling, 2005), gold een opbouwperiode van 35 jaar en een pensioenrichtleeftijd van 60 jaar. Met het destijds geldende maximumopbouwpercentage van 2,25% middelloon (2% eindloon) kon een pensioen worden behaald van 78,75% middelloon (70% eindloon). Sinds de wet VAP (Wet verhoging AOW- en pensioenrichtleeftijd, 2012) is de pensioenrichtleeftijd per 2014 67 jaar. Uitgaande van pensioenopbouw tussen het 25e levensjaar en de pensioenrichtleeftijd, kan 42 jaar pensioen worden opgebouwd. Bij een maximumopbouwpercentage van 1,875% kan dan net als voorheen op de pensioenrichtleeftijd een pensioen worden gerealiseerd van 78,75% van het middelloon.