Schouderkortsluiting

Een casus van een schadegeval spreekt altijd tot de verbeelding. Hieronder een voorbeeld van het werk van een integratiebedrijf. Een 48-jarige elektricien meldt zich ziek. Wat gebeurde er daarna.

Het dossier wordt bij het re-integratiebedrijf aangemeld. De werknemer is, volgens de probleemanalyse van de bedrijfsarts van de Arbodienst, uitgevallen met een schouderontsteking. De re-integratiespecialist voert een uitgebreide intake met de werkgever en de werknemer. Hieruit komt naar voren dat de werknemer al langer last had van schouderklachten. Daarvoor kreeg hij injecties en fysiotherapie, wat over het algemeen maar tijdelijk hielp.

Wat tijdens deze intake ook naar voren komt is dat zijn klachten ontstaan zijn nadat hij in 2004 ongelukkig op zijn schouders en rug is gevallen tijdens een rugbywedstrijd. Sinds die val is hij eerder vermoeid en zijn zijn spieren sneller stijf.

Op 23 januari 2009 krijgt de werknemer van zijn orthopeed te horen dat hij moet worden geopereerd en dat hij na de revalidatie waarschijnlijk niet meer in zijn huidige functie zal kunnen terugkeren. De werknemer is hierdoor erg ontdaan, want hij heeft veel plezier in zijn werk. De re-integratiespecialist besluit vervolgens te bekijken of er alternatieven zijn. Op basis van de analyse komt hij met het voorstel een second-opinion te laten uitvoeren bij een trainingsinstituut dat gespecialiseerd is in rug- en spierklachten. De bedrijfsarts kan deze zienswijze helemaal inzien en stemt daarmee in. Daarnaast bespreekt de re-integratiespecialist met de werkgever de mogelijkheden om zijn functie licht aan te passen zodat werknemer zijn schouders kan ontzien. De verzekeraar draagt voor 80% bij in de kosten van deze second-opinion.

Bij het trainingsinstituut, dat een multidisciplinaire aanpak kent, kijken een orthopeed, fysiotherapeut, ergotherapeut en een psycholoog naar de oplossingsmogelijkheden. Uit het onderzoek blijkt dat de klachten veroorzaakt worden door spierspanningen. Met een combinatie-interventie van fysieke en mentale training zouden deze zodanig kunnen verminderen, dat de werknemer zijn (deels aangepaste) werkzaamheden weer zou kunnen hervatten. De re-integratiespecialist neemt contact op met de werkgever en werknemer. Hij neemt de combinatietraining met hun door. Hoewel de training vrij duur is, zal het uiteindelijk wel een wezenlijke bekorting van de verzuimduur opleveren. De werknemer is erg gemotiveerd en ook de werkgever ziet de toegevoegde waarde hierin. Dit alles neemt de re-integratiespecialist mee in zijn overleg met het Verzuimmanagementteam van de verzekeraar. Zij zijn bereid om voor 80% mee te financieren in de kosten van deze training.

Vol enthousiasme begint de werknemer in februari 2009 met de training. Al een maand later kan hij deels zijn werkzaamheden hervatten. Tijdens de drie maanden die daarop volgen bouwt hij de werkzaamheden op tot 80%. Op 15 juni 2009 wordt de werknemer weer volledig hersteld gemeld. Hij kan zijn eigen functie, met lichte aanpassingen, weer prima vervullen. Met de begeleiding en ondersteuning van Keerpunt en de ingezette interventies is er een flinke bekorting van het aantal ziektedagen gerealiseerd. Zowel de werkgever als de werknemer zijn zeer tevreden over het verloop en afloop van het re-integratietraject. (bron Weetwaarjeaantoebent)