Bedelende ouderen of bedelende jongeren

Met satanisch genoegen zie ik langzaam maar zeker de kritiek op de AOW aanzwellen. Via Sargasso wordt er in 1, 2, 3 delen door Johan van Wijk het Spaarfonds met de grond gelijk gemaakt. Met genoegen verwijs ik nog even naar mijn gemopper hierover. Het gemopper van Bas Jacobs, Kalfshoven en anderen draagt allemaal bij aan (hopelijk) de start van een principiële discussie over de zin en onzin van de AOW.

Het past niet meer in deze tijd dat de overheid zonder controle op vermogen of inkomen iedereen “zomaar” een vast bedrag per maand geeft op een relatief willekeurig tijdstip (67 jaar).

De kosten van de AOW zijn inmiddels volledig uit de hand gelopen. Totaal ruim € 7.200,- bij een inkomen van € 30.000,-. Dat zit zo:

  1. U betaalt bijna 17,9% van uw salaris aan AOW-premie. Dus als u € 30.000,- verdient dan kosten die AOW-ers u € 5.400,-.
  2. U betaalt sinds 2001 ook nog de rijksbijdrage AOW. Dat kost globaal nog 6% over het salaris extra. Dus dat is nog eens € 1.800,-.

Let op. Ik wil geen bedelende AOW-ers zien. We moeten dus zware discussies voeren over de veranderingen. Maar samen met de vermaledijde doorsneepremie heeft deze AOW (inclusief AOW-spaarfonds) zijn langste tijd gehad.

De naaimachine als pensioenvoorziening

De naaimachine van mijn vrouw was stuk. Gelukkig is er in ons dorp de heer Vijn. Hij was eerst fietsenmaker maar dat werd lichamelijk iets te moeilijk als je 75 jaar bent. Maar naaimachines repareren dat kan hij nog als de beste.

Ik moest boodschappenjongen spelen van mijn vrouw en haalde de gerepareerde machine op. Het moest wel snel want z’n “winkel” is maar tot 11 uur ’s ochtends open; ’s middags wilde hij zonder gezeur sleutelen aan de kapotte naaimachines.

Hij had een AOW uitkering, een pensioen en dus ook een stukje inkomen uit de reparatie van de naaimachines, vertelde hij.

Denk er zelf ook eens over na om een extra vak leren te leren. Een groot rijbewijs, het loodgietersvak, klokkenreparatie, smeden, hovenier, schilderen, timmeren, fietsenmaken, boekbinden, elektra, belasting, verzekeringen of naaimachines repareren. In ieder geval een vak waar voor betaald kan gaan worden. Zelfs als het extra geld niet echt nodig is. Gewoon voor voldoende eigenwaarde, aanzien en respect na 67 jaar. Gewoon omdat het lichamelijk en geestelijk gezond. Gewoon omdat het maatschappelijk van grote waarde is.

De heer Vijn wilde niet betaald worden voor de naaimachine van mijn vrouw. Het was maar 10 minuten werk. “Dit is werktijd waardoor ik met een goed gevoel de AOW uitkering kan ontvangen.” 

Doorneweerd, voor al uw pensioenreparaties.

Ton-plusser kan plezierig sparen van 2015

Over het deel van het inkomen boven de aftoppingsgrens van € 100.000 wordt een nieuwe spaarmogelijkheid op vrijwillige basis geïntroduceerd. Voor inkomen vanaf € 100.000 kan via een nettolijfrente een oudedagsvoorziening worden opgebouwd die ongeveer overeenkomt met een jaarlijkse bruto pensioenopbouw van 1,875% middelloon. De premie of inleg wordt betaald uit het netto-inkomen.

En nu het plezierige: De waarde van een aanspraak op een nettolijfrente vormt vrijgesteld vermogen in box 3. De uitkeringen worden niet belast in box 1. De lijfrente moet -afgezien van de netto premie- voldoen aan de bestaande lijfrentewetgeving. Het moet dus voorzien in een inkomen voor de oudedag. Wanneer niet langer aan de voorwaarden wordt voldaan, vervalt de vrijstelling in box 3.

Wanneer een nettolijfrente niet meer aan de voorwaarden voldoet (deze wordt bijvoorbeeld afgekocht), vervalt de vrijstelling in box 3. Het lijkt de bedoeling van de wetgever dat de genoten vrijstelling in het verleden zal worden geschrapt. En dat betekent weer dat er inkomstenbelasting nagevorderd kan gaan worden. Niet echt onlogisch want anders wordt het wel heel aantrekkelijk.

Herman Kappelle van Aegon merkt nog het volgende op.

Wij zien overigens niet in waarom deze aanvullende oudedagsvoorziening uitsluitend in de vorm van een netto-lijfrente zou moeten kunnen. Ook in de tweede pijler is het mogelijk om geheel vrijwillig een aanvullende netto pensioenregeling in de zin van de Pensioenwet te creëren. Voordeel voor de deelnemers daarbij is een makkelijker toegankelijkheid (geen medische waarborgen) en opbouw van het pensioen bij een en dezelfde uitvoerder.

Rondpompen waardeoverdrachten

Eerder schreef ik over de het peperduur rondpompen van waaroverdrachten. De staatssecretaris Klijnsma wil daar nu de nodige veranderingen en vereenvoudigingen in aanbrengen.

Zij vindt het recht op individuele waardoverdracht een belangrijke keuze die een deelnemer kan maken met betrekking tot zijn pensioen. Die kan dan zijn pensioenrechten steeds bij de laatste pensioenuitvoerder onderbrengen. Dat zou ook een flexibele pensionering vergemakkelijken. En uiteraard nog het argument dat de uitvoeringskosten dan het laagst zijn.

Natuurlijk is Rome niet in één dag gebouwd dus laten we blij zijn met dit voorstel. Toch is het interessant met een glazen bol in de toekomst te kijken. Werknemers zullen immers best graag alle oude pensioenaanspraken in één keer bij één pensioenuitvoerder willen onderbrengen. Nu is dat nog niet mogelijk door de wettelijke termijnen. Het zou een enorme verplaatsing van pensioenkapitaal in Nederland kunnen gaan betekenen dus die mogelijkheid zal voorlopig wel uitblijven.

Het hele voorstel hieronder is echter een mooi begin. [Read more…] about Rondpompen waardeoverdrachten

CPB en de alternatieven voor de doorsneepremie

 

Het CPB komt naar aanleiding van het bommetje van 100.000.000.000 euro met een uitwerking van vier mogelijke alternatieven. Ze begrepen al snel dat alleen het melden van de grote gevolgen voor jongeren van de doorsneepremie niet voldoende was. Lekker uitgebreid uitgewerkt hebben ze de alternatieven nog steeds niet maar er is een begin. CPB rapport januari 2014 alternatieven doorsneepremie.

  1. Ten eerste een combinatie van doorsneeopbouw met een premie die toeneemt met de leeftijd van de deelnemer.
  2. Een tweede alternatief is de combinatie van doorsneepremie met een leeftijdspecifiek opbouwpercentage dat daalt naarmate de deelnemer ouder wordt.
  3. Een derde alternatief is om de jaarlijkse aanpassing van pensioenrechten gelijk te stellen aan het verwachte rendement.
  4. Het vierde alternatief is de overgang op individuele rekeningen, waarbij de deelnemer jaarlijks het behaalde rendement op zijn beleggingen ontvangt.

In alle gevallen zullen er deelnemers moeten bloeden voor andere deelnemers. Nu zijn de jongeren die de prijs betalen. Bij een wijziging zal de rekening ook bij ouderen (vanaf 46 jaar) komen te liggen.

Het CPB durft weinig te zeggen over de arbeidsmarkt effecten bij wijziging. Toch moet dat niet onderschat worden. Werkgevers zijn zich in toenemende mate bewust van de grote financiële effecten van oudere werknemers.

De overheid denkt met het opschuiven van de AOW leeftijd naar 67 jaar dat iedereen langer zal gaan werken. Dat vermoed ik ook. Alleen de kans dat ze een “gewone” loondienstbaan bij een werkgever met een pensioenregeling zullen krijgen, wordt steeds kleiner.

 

Vrijstelling accountants om pensioensalarissen door te geven

 

Het blijft zorgelijk dat “Den Haag” het pensioenvak nog steeds niet serieus genoeg neemt. Opportunisme viert hoogtij. De beslissingen hebben niet zelden een horizon van 4 jaar. Zo ook met onderstaand bericht uit Accountancynieuws.

Om te voorkomen dat accountants en salarisadministratiekantoren een Wft-vergunning moeten aanvragen voor het doorgeven van salarisgegevens aan pensioenfondsen, verzekeraars en premiepensioeninstellingen, gaat voor deze activiteiten een vrijstelling gelden.

Dit is een flink fout van Dijsselbloem en zal tot veel aansprakelijkheidsstellingen leiden.

Nergens wordt bij deze regeling namelijk rekening gehouden met de zorgplicht die een pensioenadviseur heeft rondom pensioengevolgen bij salarismutaties en aan- en afmeldingen. Salarisgegevens doorgeven is een no-brainer. Maar juist de finesses kent alleen de pensioenadviseur.

Dijsselbloem denkt dat de gemiddelde accountant zich slechts marginaal met pensioenadvies bezig houdt. Dat klopt als je denkt dat advies hetzelfde is als het schrijven van een rapport met aanbevelingen. Maar de praktijk is dat veel adviezen “even” tussen neus en lippen wordt doorgegeven. Vragen die beginnen met de zin: “Ik heb een nieuwe partner, een ex-partner, een waardeoverdracht, een nul-urencontract, een half zieke werknemer, een uitzondering, etc“. Juist dit soort vragen horen terecht te komen bij een pensioenadviseur en niet bij een accountant.

Een nieuwe knip voor DGA met pensioen in eigen beheer

De Raad voor de Verslaglegging heeft een nieuwe uiting het licht doen zien. Vanwege de huidige lage rentestanden wordt sterk aanbevolen met onmiddellijke ingang de pensioenverplichting voor de DGA vanaf 2014 niet langer te waarderen volgens de fiscale grondslagen. Het staat allemaal in de uiting RJ2014-1.

Praktisch was eigen beheer pensioenopbouw al jaren niet meer dan een aardige boekhoudkundige truc om belastinguitstel te realiseren. Alle extra eisen die werden gesteld zorgde er voor dat vooral kapitaalkrachtige BV’s al snel andere oplossingen gingen zoeken. De armlastige BV’s bleven over.

De Belastingdienst en de Raad voor de Verslaglegging hebben de teugels nog verder aangetrokken. Commerciële waardering van het pensioen zal het uitgangspunt gaan worden.

Niet heel vreemd deze opstelling gezien de opstelling van de Belastingdienst rondom dividend betalingen.

DGA pensioen online berekenen

Onderzoekjes

  • 25% verwacht door te werken tot 67 jaar
  • 40% denkt 67 jaar niet werkzaam te halen
  • 65,5 jaar zal de gemiddelde uittreedleeftijd worden
  • 17% wil doorwerken tot 67 jaar
  • 39% maakt zich zorgen over hun pensioen
  • 30% denkt dat de AOW niet meer bestaat
  • 57% wil zelf kiezen en niet via de werkgever
  • 58% vindt dat ze betalen voor de ouderen van nu

(Onderzoeken Nationale-Nederlanden)

Pavlov reactie rondom de ZZP pensioenplicht

Maarten Camps Secretaris-generaal bij het Ministerie van Economische Zaken heeft een nieuwjaarstoespraak gehouden. Een zeer boeiende lezing maar inmiddels binnen een paar uur stuk geschreven door vele media.

Hij plaatst een aantal positieve opmerkingen over de pensioenvoorziening van ZZP-ers. De Volkskrant en andere media w.o. Geenstijl hebben daarna met schreeuwerige artikelen het evenwichtige verhaal flink uit z’n lood getrokken. Hieronder zijn ZZP-tekst in stukjes.

Het is echter de vraag of de huidige instituties voor arbeidsmarkt en ondernemerschap voldoende zijn ingespeeld op de dynamiek van de zzp’ers. Die instituties – bijvoorbeeld op terrein van pensioenen, arbeidsongeschiktheid, maar ook voorzieningen in cao’s – zijn volledig ingericht op de klassieke relatie tussen werkgever en werknemer. De uitdijende groep zzp’ers past niet binnen deze traditionele instituties, waarmee die collectiviteit en solidariteit onder druk komen te staan.

Hij zegt in feiten “ZZP-ers kun je niet zomaar in een pensioenfonds duwen.” Volgens mij is er niets mis met deze zienswijze.

Een fundamentelere reactie is noodzakelijk. Zo kan er worden nagedacht over een stelsel van voorzieningen voor arbeidsongeschiktheid en pensioen waarin niet de werknemer, maar de werkende centraal staat. 

Ook niets mis mee. Maar dan komt er het belangwekkend stukje tekst waar de media aan de haal gingen.

Dat betekent ook dat de (alle: red) bestaande niveaus van collectiviteit, solidariteit en risicodeling ter discussie kunnen komen te staan. Concreet kan hierbij gedacht worden aan een basisvoorziening voor alle werkenden op een lager niveau (met een verzekeringsplicht), waarbij op individueel en sectorniveau aanvullende afspraken gemaakt kunnen worden.

Hij zegt dus dat het verstandig zou zijn als alle werkenden een stukje van hun inkomen verplicht gaan sparen voor een eigen pensioenkapitaal. Oftewel, verlaag alle verplichte pensioenregelingen naar een basis niveau en geef alle werkenden de vrijheid zelf bij te sparen.

Dat is een creatieve en innovatieve oplossingsrichting voor een volstrekt vastgelopen pensioensysteem. Geen verschil meer tussen een ambtenaar, metaalarbeider in loondienst, DGA of ZZP-er. Alleen een klein stukje verplicht pensioenkapitaal bij elkaar sparen en verder een volledige vrijheid. Het risico van arbeidsongeschiktheid kan daarbij dezelfde opzet krijgen.

De Pavlov reactie door de hakken in het zand te zetten bij vernieuwingen zal er voor zorgen dat we nog jaren dit verstarde pensioensysteem in stand houden. Jammer, een gemiste kans op een zinvolle discussie is weer in de kiem gesmoord.

De Flex AOW

Flex AOW Op 5 december 2013 werd een belangrijke motie ingediend over de AOW.

In de motie (Tweede Kamer 33750 nr 49) wordt de regering verzocht een onderzoek te doen naar de invoering van een flexibele AOW-leeftijd. De Flex-AOW. Dit is enerzijds een oplossing voor mensen die eerder willen stoppen met werken en anderzijds mensen kan het mensen stimuleren om langer door te werken.

Al in 2008 werd een wetsvoorstel ingediend om de AOW-leeftijd te flexibiliseren. Dit voorstel werd later ingetrokken en vervangen door een verhoging van de AOW-leeftijd voor iedereen. Nu wordt de regering opnieuw gevraagd te kijken naar de mogelijkheden voor een flexibele AOW-leeftijd. In de motie wordt ook aangegeven dat bij vervroegen van de AOW-ingangsdatum de uitkering naar beneden moet worden bijgesteld en bij uitstel naar boven.

Uit een onderzoek blijkt dat slechts weinig mensen verwachten door te werken tot 67 jaar. Het is daarom een uitstekend idee om voor deze groep  de AOW te flexibiliseren. Maar ook degene die gewoon doorwerken na 67 jaar zijn erbij gebaat.

Nu alleen nog even optellen of er voldoende geld is om eerder te stoppen.