Bruto pensioen maar wat ontvang ik netto?

Via de site www.mijnpensioenoverzicht.nl kan iedereen inzicht krijgen in de eigen pensioensituatie. Op deze site moet worden ingelogd met de DigiD (digitale identiteitscode). Er wordt inzicht verschaft in de opbouw van de AOW en het aanvullend pensioen en bij welke pensioenuitvoerder (pensioenfonds of verzekeraar) dit is opgebouwd, indien er niets verandert in de omstandigheden zoals de privé- of werksituatie.

Mijnpensioenoverzicht.nl is op 3 november jl. uitgebreid met een bruto/netto-overzicht. Hierdoor kunnen mensen nu ook zien wat zij straks netto aan AOW (eerste pijler) en aanvullend pensioen (tweede pijler) overhouden. Deze berekeningen zijn gedaan op grond van de nu vigerende fiscale wet- en regelgeving. Tot op heden was de stand van AOW en pensioen alleen in brutobedragen zichtbaar. De site is vanaf 1 januari 2011 van start gegaan en sindsdien hebben al meer dan 2,7 miljoen mensen de site bezocht.

Het is een goede ontwikkeling dat nu ook inzicht wordt gegeven in nettobedragen, wat de transparantie ten goede komt. “Het zou mooi zijn als de site in de toekomst ook informatie gaat geven over derde pijler producten (spaarproducten die mensen individueel afsluiten om extra pensioen op te bouwen), om het beeld helemaal compleet te maken”..

Lijfrenteaftrek 2011 tot uiterlijk 31 december 2011

Vanaf het belastingjaar 2011 mogen er bij de belastingaangifte alleen nog lijfrentepremies worden afgetrokken die in hetzelfde jaar zijn betaald. De lijfrentepremies voor 2011 moeten dan ook uiterlijk 31 december 2011 worden betaald. Dit betekent dat premies die worden betaald in het eerste kwartaal van 2012 niet meer aftrekbaar zijn in de aangifte 2011. Dat mag dan alleen nog in de aangifte 2012. Hetzelfde geldt voor stortingen op een lijfrentespaarrekening of een lijfrentebeleggingsrecht.

Dit kan betekenen dat uw verzekering aangepast moet worden om te voorkomen dat een jaartje lijfrenteaftrek wordt overgeslagen. Neem hierover tijdig contact met ons op zodat de verzekeraar of bank een wijziging nog tijdig kan verwerken. Nadenken over een extra storting moet nu niet gebeuren als de lente in de lucht hangt maar uiterlijk in december onder de kerstboom.
Deze regels gingen in vanaf belastingjaar 2011. Voor belastingjaar 2010 gelden de oude voorwaarden.

Bancair overlijden

De bancaire nabestaandenlijfrente is een lijfrente waarvan de termijnen toekomen aan een natuurlijk persoon en ingaan bij het overlijden van de rekeninghouder of zijn (gewezen) partner. Bij de bancaire nabestaandenlijfrente wordt onderscheid gemaakt tussen het overlijden van de rekeninghouder en het overlijden van de (gewezen) partner. Ook is van belang of het overlijden tijdens de opbouwfase of tijdens de uitkeringsfase heeft plaatsgevonden.

Het overlijden van de partner tijdens de opbouwfase

Het door het overlijden van de partner vrijgekomen kapitaal kan door de rekeninghouder worden aangewend voor een nabestaandenlijfrente. De rekeninghouder is hiertoe niet verplicht. Kiest de rekeninghouder voor een nabestaandenlijfrente, dan moet deze lijfrente binnen zes maanden na het overlijden van de (gewezen) partner ingaan. De termijnen van deze nabestaandenlijfrente moeten toekomen aan de rekeninghouder en de periode tussen de eerste en de laatste termijn moet ten minste vijf jaar zijn.

Het overlijden van de rekeninghouder tijdens de opbouwfase

Het door het overlijden van de rekeninghouder gedeblokkeerde tegoed moet door de erfgenaam aangewend worden voor een nabestaandenlijfrente. De nabestaandenlijfrente moet binnen een periode van het jaar van overlijden plus de daaropvolgende twee kalenderjaren ingaan (wettelijke beslistermijn). Van belang is wie de erfgenaam is om te kunnen bepalen welke nabestaandenlijfrente kan worden aangekocht.

Er zijn drie mogelijkheden: [Read more…] about Bancair overlijden

Het mag weer: lekker doorwerken

Op 4 juli 2011 schreven wij over mogelijke fiscale complicaties bij het vervroegen van de pensioendatum terwijl er nog wel doorgewerkt wordt. De staatssecretaris heeft onlangs zijn standpunt over vervroegd deeltijdpensioen herzien.

De staatssecretaris heeft een besluit uitgebracht met een nieuwe beleidslijn voor de situatie waarin een werknemer zijn pensioen vervroegd laat ingaan, maar niet eerder dan op de leeftijd van 60 jaar, en blijft doorwerken. Voorheen stelde de staatssecretaris zich op het standpunt dat bij een gedeeltelijke vervroegde pensionering de mate van vermindering van het inkomen uit economische activiteiten overeen moest komen met het gedeelte waarvoor het pensioen vervroegd inging. De staatssecretaris heeft zijn standpunt met ingang van 7 september 2011 deels herzien. Bij een vervroeging tot de 60-jarige of latere leeftijd zal voortaan niet worden getoetst of de economische activiteiten dienovereenkomstig worden verminderd. Bij een vervroegde ingangsdatum van de pensioenuitkeringen vóór het bereiken van de 60-jarige leeftijd blijft toetsing plaatsvinden aan de voorwaarde dat het pensioen slechts kan worden vervroegd voor zover de werknemer dienovereenkomstig in arbeidsinkomsten achteruitgaat.

Met deze herziening wordt het dus een stuk flexibeler om bij vervroegde pensionering gewoon door te blijven werken, al dan niet in deeltijd.

Waardeover​dracht en de ergernis over bijstorten

Aegon heeft in 2010 bij minister Kamp van Sociale Zaken gepleit voor het afschaffen van het recht op overdracht van pensioenaanspraken bij verandering van werkgever. Wij schreven hier uitgebreid over op 1 december 2010

Het verzoek van Aegon wordt niet geheel ingewilligd zoals het nu lijkt, maar er zijn tussenoplossingen in de maak Minister Kamp wil de problemen rondom de bijbetaling bij pensioenoverdracht snel oplossen. Het recht van werknemers om hun opgebouwde pensioen mee te nemen naar hun nieuwe werkgever mag niet ten koste gaan van de onderneming.

Het komt nu wel eens voor dat de oude of de nieuwe werkgever tienduizenden euro’s moet bijstorten om de waardeoverdracht van iemands pensioen mogelijk te maken. Vooral kleinere bedrijven kunnen dan in grote problemen komen.

Waardeoverdrach
In een brief aan de Tweede Kamer heeft de minister tussenoplossingen voorgelegd. Hij stelt voor het recht op waardeoverdracht ook af te schaffen als de onderneming er op zich niet slecht voorstaat, maar door de bijbetalingsverplichting wél in de financiële problemen komt. Een andere mogelijkheid ziet hij in het stellen van een bovengrens aan het bij te betalen bedrag.

Als het bedrag boven die grens komt, is een pensioenuitvoerder niet verplicht om mee te werken aan het verzoek om waardeoverdracht. Voor beide tussenoplossingen is een aanpassing van de Pensioenwet nodig. De minister gaat in overleg met de pensioenuitvoerders en sociale partners en wil de regels per 1 januari 2012 invoeren. Hij streeft echter naar een structurele oplossing.

Wij houden u op de hoogte….
(Bron HR Praktijk)

Verzekeren DGA-pensioen of zelf doen?

De geheel of gedeeltelijk eigen beheer voerende DGA:

 

  1. Mag maximaal 50% voor eigen rekening bijdragen in de kosten van de pensioenregeling. Uitzondering voor de zakelijk bepaalde(!) inkoop van pensioen, mits dit niet tot een fiscaal bovenmatig pensioenresultaat leidt.
  2. Mag geen beloning in natura tot de pensioengrondslag rekenen;
  3. Moet een nabestaande kunnen aanwijzen om zich door de vennootschap een partnerpensioen te kunnen laten toezeggen;
  4. Mag levensloopregeling niet in eigen beheer uitvoeren(wel bij een verzekeraar);
  5. De geheel of gedeeltelijk eigen beheer voerende DGA die op 31 december 2004 55 jaar of ouder was moet de AOW- overbrugging afstemmen op de in de basispensioenregeling toegepaste franchise. Bijvoorbeeld 35*2%* € 18.738= € 13.116, – (2011).

De 100% verzekerde DGA

  1. Mag 100% bijdragen in de kosten van de pensioenregeling;
  2. Kan beloningen in natura tot de pensioengrondslag rekenen. Bijvoorbeeld de werkgeversbijdrage in de kosten van de Zorgverzekeringswet 2006;
  3. Bij een onbepaalde partner moet voor de berekening van het partnerpensioen een fictief leeftijdsverschil van maximaal 3 jaar in acht worden genomen;
  4. Mag levensloopregeling laten uitvoeren door een verzekeraar;
  5. De volledig verzekerde DGA die op 31 december 2004 55 jaar of ouder was mag een maximaal AOW-overbruggingspensioen van € 18.057, – (2011) in minimaal 10 jaar opbouwen.

DGA pensioen online berekenen

Vervroegd met pensioen gaan én doorwerken

Tussen vervroegd met pensioen gaan en doorwerken zit een zeker spanningsveld. Vervroegd met pensioen gaan betekent traditioneel het einde van het arbeidzame leven en de werknemer denkt in een dergelijke situatie niet direct aan (langer) doorwerken. Laat staan aan de fiscale gevolgen die een dergelijke situatie tot gevolg kan hebben.In de huidige pensioenrealiteit is onder invloed van het langer doorwerken toch langzaam maar zeker een kentering te bespeuren in dit denkpatroon.

Vanuit fiscaal pensioenperspectief leidt dit tot de voor de hand liggende vraag of een werknemer zonder fiscale gevolgen vervroegd met pensioen mag gaan als hij zijn dienstverband onverkort voortzet.

De vraag welke fiscale spelregels gelden bij vervroegd met pensioen gaan en doorwerken is na de invoering van de Witteveen- wetgeving per 1 juni 1999 relatief lange tijd onduidelijk gebleven. [Read more…] about Vervroegd met pensioen gaan én doorwerken

Pensioen in andermans beheer

Hebben wij als pensioenadviseur een zorgplicht? Jazeker.

Maar een accountant of een vermogens beheerder ook? Jazeker. In het bijzonder in het geval van pensioen in Eigen Beheer kunnen directeuren Grootaandeelhouders kritisch hun adviseurs gaan volgen. Bij wanprestatie in de geleverde prestatie blijkt de rechter geregeld op de hand te zijn van de directeur. Een mooi voorbeeld zien we hieronder in een verhaal en uitleg van het fiscaal juridisch adviesbureau van Nationale-Nederlanden over een beleggingsadviseur.

Het pensioen van een DGA is ondergebracht in een pensioen BV. De pensioen BV sluit in 2007 een vermogensbeheerovereenkomst met een bank. Daaraan voorafgaande werd een beleggingsprofiel opgesteld dat in de overeenkomst werd aangeduid als ‘defensief’. Een groot deel van het pensioengeld werd belegd in een Lehman Brothers Note. Daarmee verkreeg de pensioen BV in feite een vordering op Lehman Brothers. De onderliggende aandelen werden niet verkregen. De Note heeft een looptijd van acht jaar en voorziet in een hoofdsomgarantie op de einddatum. In 2008 gaat Lehman Brothers echter failliet, waardoor de pensioen BV schade lijdt.

Rechtbank Den Haag is van mening dat vermogensbeheerders op grond van de eisen van redelijkheid en billijkheid een bijzondere zorgplicht tegenover de klant hebben. In dit geval was 69% van het pensioengeld belegd in slechts één product (een Lehman Brothers Note). Dit is volgens de rechtbank strijdig met de door een zorgvuldige belegger in acht te nemen spreiding in een beleggingsportefeuille. De rechtbank is van oordeel dat de bank gelet op de gegeven adviezen haar bijzondere zorgplicht heeft geschonden en op grond daarvan aansprakelijk is voor de geleden schade. Belang voor de praktijk Vermogensbeheerders hebben een zorgplicht tegenover de klant. De klant moet beschermd worden tegen de gevaren van lichtvaardigheid of gebrek aan inzicht.

Betreft het pensioengeld, dan worden nog hogere eisen gesteld aan deze zorgplicht. In deze zaak oordeelde de rechter dat het met pensioengeld beleggen in slechts één product (een Lehman Brothers Note) strijdig is met de door een zorgvuldige belegger in acht te nemen spreiding in een beleggingsportefeuille.

Mag ik mijn pensioengeld in mijn zaak stoppen?

Binnenkort ga ik voor mezelf beginnen. Als werknemer heb ik pensioen opgebouwd. Mag ik dat geld voor de zaak gebruiken?
Nee, dat mag u niet. Het geld dat opzijgezet is voor uw pensioen, moet ook echt voor uw pensioen gereserveerd blijven. Het pensioenfonds of de verzekeraar waar uw pensioen is ondergebracht, mag het geld niet uitkeren vóór uw pensionering.

Kan ik het geld dan gebruiken als inleg voor een pensioenregeling die ik voor mezelf tref?
Voor het pensioen dat u als werknemer hebt opgebouwd, gelden speciale regels. Als u voor uzelf begint bent u geen werknemer meer, maar een zelfstandige zonder personeel (zzp’er). Voor zzp’ers gelden andere regels. Alleen in sommige sectoren, zoals de schildersbranche, moet u verplicht deelnemen aan het bedrijfstakpensioenfonds.

In andere sectoren, zoals de bouw, kunt u een paar jaar vrijwillig bij het pensioenfonds blijven. In die gevallen kunt u vragen om overdracht van de waarde van uw opgebouwde pensioen. Maar meestal bouwt u als zzp’er geen pensioen meer op bij een pensioenfonds. Voor uw oudedagsvoorziening bent u dan aangewezen op een lijfrente.

Dat kan via een lijfrenteverzekering, die u vanaf uw pensioenleeftijd een gegarandeerde uitkering geeft. Of u kunt op een geblokkeerde bank- of beleggingsregeling een bedrag sparen dat op uw pensioendatum wordt omgezet in een lijfrente. In beide gevallen kunt u niet het pensioen gebruiken dat u als werknemer hebt opgebouwd.

Kan ik het geld wel laten storten in een fiscale oudedagsreserve? [Read more…] about Mag ik mijn pensioengeld in mijn zaak stoppen?

Een ambitie-uitkering

In Nederland bestaat een aantal veel voorkomende defined-benefitregelingen. Hierbij bouwt iemand per jaar een pensioenbedrag op. Dat komt tot uitkering per jaar vanaf de pensioendatum. De twee bekendste zijn de eindloonregeling en de middelloonregeling. Het alternatief voor de defined-benefitregeling is een defined contribution-pensioenregeling. Dat wordt ook wel  ook wel beschikbare premieregeling genoemd.  Hier wordt niet een pensioen toegezegd zoals bij de defined-benefitregeling, maar een premie. Deze premie is een vast bedrag of een vast percentage van het jaarsalaris of de pensioengrondslag

Defined benefit verzekert de risico’s in de toekomst. Dit is niet langer vol te houden, omdat wij steeds langer leven, waardoor de prijs van het pensioen almaar stijgt. En omdat bij eenzelfde of zelfs afnemend aantal deelnemers een steeds groter wordende massa opgebouwde aanspraken moet worden verzekerd. Dit blijkt uit het proefschrift van Jan Tamerus, dat hij op 22 juni verdedigt aan de UvA.

De betaalbaarheid, de solidariteit van jong naar oud en de arbeidsmarkt kunnen defined benefit niet langer dragen. Jan Tamerus verantwoordt de noodzaak van het moeten loslaten van de onvoorwaardelijkheid van de opgebouwde aanspraken en de vaste pensioenleeftijd. De opgebouwde rechten moeten aanpasbaar worden voor exogene ontwikkelingen en de pensioenleeftijd moet gaan meebewegen met de levensverwachting. Hij schetst de ingrijpende maar noodzakelijke stap van defined benefit naar defined ambition. Het doel blijft het vertrekpunt, maar de rechten zijn niet meer gegarandeerd.

Het proefschrift ‘Defined ambition. Een noodzakelijke stap in de evolutie van het pensioencontract naar een duurzaam evenwicht tussen ‘willen’ en ‘kunnen’ wordt door Jan Tamerus verdedigd in de aula van de Universiteit van Amsterdam. (Bron: Infinance.nl)